Deez'dieren, toonen zich als levend voor uw' oogen / Elk soort naar zijnen aard, betemming en vermogen; / Opdat ge, o leive jeugd! leer' kennen. dat uw' staat / Als mensch, het nuttigst dier nog ver te bovengaat, P.C.L. van Staden, 1850 - 1870
Deez'dieren, toonen zich als levend voor uw' oogen / Elk soort naar zijnen aard, betemming en vermogen; / Opdat ge, o leive jeugd! leer' kennen. dat uw' staat / Als mensch, het nuttigst dier nog ver te bovengaat, P.C.L. van Staden, 1850 - 1870